Jullie weten al dat ik dol ben op curd.
Lemon curd, lime curd…
Dat zagen jullie o.a. al hier en hier.
Curd van blauwe bessen maakte ik echter nog nooit… tot nu dus!
En ja hoor… lekker!
Perfect voor een fris zomertaartje én lekker in combinatie met het zanddeeg met walnootcrunch.
En zoals alle baksels hier op de blog: helemaal niet moeilijk om maken!!
Jullie weten het ondertussen… if I can do it…
Wat heb je nodig?
Voor het deeg: 120 gr bloem, 80 gr walnoten, 1,5 eetlepel kristalsuiker, 1 eetlepel water, 60 gr zachte boter (of Solo Patisserie), theelepel kaneel, snuifje zout
Voor de vulling: 150 gr blauwe bessen (ik gebruikte bevroren), scheutje water, sap van 3 citroenen, 150 gr kristalsuiker, 3 eitjes (2 volledig en één dooier), 80 gr boter (in blokjes), snuifje zout
Hoe ga je te werk?
Maak eerst het deeg door de walnoten fijn te malen in de foodprocessor en daarna alle ingrediënten toe te voegen. Gewoon even mixen en malen… en klaar!
Kieper het deeg in een licht ingevette taartvorm.
Ik gebruik voor dit soort taartjes trouwens bijna altijd mijn bakvorm met losse bodem (handig voor het ‘ontvormen’ van je taart achteraf).
Met je vingers verdeel je het deeg mooi over de vorm en construeer je een mooi, iets dikker randje.
Je bakt de bodem dan voor ongeveer 20 minuutjes op 180 graden.
Ondertussen start je met het bereiden van de vulling.
Breng de blauwe bessen met het scheutje water aan de kook in een steelpannetje. Wanneer alle besjes bijna ‘geploft’ zijn, giet je de inhoud door een zeef en duw je het sap er door.
Pers de citroenen uit.
Verwarm het bessensap in een pannetje samen met het citroensap, de suiker, het zout, de eitjes en de eidooier.
Voeg al kloppend één voor één de blokjes boter toe en laat smelten.
Roer tot het mooi begint in te dikken. (Niet laten koken.)
Giet de curd dan in je taartvorm en laat een paar uurtjes rusten in de koeling.
Werk je taart af naar keuze.
Smakelijk!
Laat gerust een reactie hier achter wanneer je de taart zelf gemaakt hebt!