Vorige week bezochten we de boeiende expo ‘Ceci n’est pas un corps. Hyperrealism Sculpture.’ in La Boverie in Luik.
We breiden er nog een lange wandeling door Luik aan vast en het verslagje van deze leuke winterdag vind je hieronder.
Misschien kan het jullie inspireren om ook eens tot in Luik af te zakken?!
Want ik geef het toe, ook ik dacht altijd dat Luik een ietwat saaie, grijze industriestad was… maar keerde enthousiast terug!
We spoorden makkelijk vanuit Aarschot met de trein naar Luik.
Het is altijd weer leuk om te arriveren in het impressionante station Luik-Guillemins, ontworpen door de befaamde Spaanse architect Santiago Calatrava.
Eigenlijk is dat station alleen al de trip waard!
Vanaf het station is het via de voetgangersbrug over de Maas maar een tiental minuutje stappen naar La Boverie.
Het museum La Boverie bevindt zich op een eiland in de Maas en heeft een samenwerking met het Louvre.
We maakten trouwens voor het eerst kennis met hyperrealisme tijdens een bezoek aan Museum Voorlinden waar we onder de indruk waren van het werk van Ron Mueck, dat zie je hieronder én lees je hier.
‘Hyperrealisme’ is een kunststroming die in de jaren 70 in de Verenigde Staten opdook.
Het abstracte de rug toekeren en proberen om een nauwkeurige weergave van de natuur voor te stellen tot het punt dat de toeschouwers zich soms afvragen of ze te maken hebben met een echt lichaam.
Met een selectie van een veertigtal hyperrealistische beeldhouwwerken van de grootste namen in de hedendaagse kunst geeft deze expositie ‘Ceci n’est pas un corps. Hyperrealism Sculpture’ een boeiende weergave van de evolutie van de menselijke gestalte van de jaren 70 tot vandaag.
De expo loopt nog tot en met en 3 mei dus je hebt zeker nog kans om te gaan kijken.
Wij hadden twee kids mee en konden een voordelig familieticket kopen.
Alle praktische info vind je hier.
Lunchen deden we in thé place to be: het authentieke Café Lequet waar je zonder twijfel dé beste ‘boulets Liégeoise’ met frieten kan eten. Super joviale uitbater én topsfeer (druk en luid wel) gegarandeerd. En oh ja, het eten was eenvoudig, lekker en budgettair!
Aanrader!
Om de ballen wat te laten zakken… maakten we nog een lange wandeling langsheen enkele leuke plekjes, vooraleer we terug de trein opgingen.
Starten deden we langs de Maas, die zich een weg dwars door Luik baant.
Op zondag vind je langs het water trouwens een hele grote markt (La Batte).
De Montagne de Bueren is met zijn 374 trappen één van de bezienswaardigheden van de stad. De Montagne de Bueren werd in de 19e eeuw aangelegd en verbindt de kazerne van de citadel met de stad. Bovenaan word je beloond met een mooi uitzicht over Luik.
Wist je dat er in deze buurt een aantal verborgen, smalle steegjes (de zogenaamde ‘impasses’) zijn, waar je je ineens in een dorp waant i.p.v. midden in de drukke stad? Nee? Zeker eens opzoeken dan. Héél leuk!
Via het Paleis van de Prins-bisschoppen en de kathedraal (met de mooie kloostergang)
belandden we nog in een werkelijk totaal andere wereld, namelijk in het zeer bijzondere, eclectische café Le Pot au Lait.
Je weet niet waar eerst kijken! Echt speciaal en leuk dus om iets te gaan drinken!
Conclusie na dit kort dagje Luik?
Ja, we komen graag nog eens terug (in de zomer)!
Ah ja, want ik at nog geen echte Luikse wafel!